top of page

Natuur, weinig natuurlijks aan (visie 1)


We zetten de natuur op alle mogelijke manieren naar onze hand. Beleven zullen we! In de zomereditie vinden jullie twee visies. Jan Oosterman ziet de beleveniseconomie als de redding voor onze schaarse flora en fauna. Voor Kirsten Bruijel gaat er niets boven de rauwe, échte natuur. Met een beetje hulp van Google.

Hieronder de visie van Kirsten.

We zijn een evoluerend en bezig volkje. Nergens op de planeet ziet een land er vanuit een vliegtuigraam zo georganiseerd en gepland uit als Nederland. Haast onzichtbaar, maar van sterke invloed is de digitalisering van onze ruimtelijke beleving en manier van leven. Op onze postzegeltjes natuur beschikken we dankzij smart technology over meer kennis over de aanwezige flora en fauna dan ooit tevoren. Door Google Earth hoeven we nooit meer te verdwalen. Al zouden we het nog zo graag willen. Want er gaat niks boven de pure geluiden en geuren van de rauwe, échte natuur.

Positief bekeken wordt technologie dienstbaar aan het neutraliseren van nadelige effecten van de mens op onze leefomgeving en helpt om problemen zoals klimaatverandering, uitputting van grondstoffen, milieuverontreiniging, ruimtelijke planning en energieverbruik op te lossen. Zo ook t.a.v. natuurbehoud. De natuur waarborgt diversiteit, stimuleert leven, zorgt voor lucht, ruimte en beweging. De toekomstgerichte mens puzzelt met (kunstmatige) intelligentie voort aan het borgen of herstellen van de verbinding tussen mens en natuur. Telkens met behulp van nieuwe zienswijzen en ‘connected’ oplossingen, om samen een sterk en duurzaam pact te vormen.

We brengen op velerlei manieren onze kennis rondom gebiedsplanning en beleving naar hogere niveaus. Zowel beroepsmatig als voor de burger. Google Streetview heeft recent diverse natuurgebieden met een 360o camera in beeld gebracht, zodat je vanuit je luie stoel een natuurgebied kan bekijken. Eenmaal daar, kun je met location based technologie wetenwaardigheden oproepen over het gebied, de geschiedenis, de dieren en de planten. Met behulp van dronetechnologie brengen we noodzakelijk onderhoud van moeilijk betreedbare of omvangrijke gebieden in beeld en weten we met warmtesensoren dierenleed te voorkomen. Met webcams en met gps zendertjes volgen we (dier)soorten en brengen we gedragspatronen in beeld. Burgers kunnen massaal via een webcam de koekoek in een vreemd nest volgen, de belevenissen van de boswachter volgen via Facebook en Instagram, zonder dat zij zelf van de paden aftreden en de natuur verstoren.

De kans dat millenials nog zullen opgroeien zoals ik, is gering: vlakbij de maisvelden, het bos, de vennen en riviertjes in een tijd waar technologie mijn keuzes nog niet filterde of mijn kennis beïnvloedde. Ik kon kilometers fietsen en dwalen zonder dat mijn ouders zich zorgen maakten over waar ik was. Buiten zijn was iets vanzelfsprekends, leuker dan binnen zitten. Nu ik in de Randstad leef, in mijn sterk digitaal gedreven wereld, is het beleven van de natuur, iets wat ik bewust blijf opzoeken. Ik ga iedere dag minstens elke dag zo’n 1,5 uur met mijn twee honden voor een lange wandeling. Om het spannend te houden probeer ik telkens weer nieuwe gebieden te ontdekken waar ik vrij kan lopen in de natuur. Deze plekken zijn schaars in de dichtbevolkte Randstad en binnen een half uur heb ik –doorgaans- elke uithoek van het gemiddelde park gezien. Het voelt dan ook alsof ik door een door mensenhand geschepte postzegel natuur loop, rekening houdend met andere buitentypes die allemaal een stukje van die zelfde postzegel willen beleven, op hun eigen manier.

Tijdens mijn wandelingen tref ik -niet zo verrassend- weinig explorerende kinderen aan. Hun wereld is dichtbij huis, online connected met hun omgeving. Als ze er zijn: dan in georganiseerde groepjes, met begeleiders die uitleg geven over insecten, plantjes en vogels. Kinderen die uitgedaagd worden met ‘belevingsspelletjes’ om uit hun stadse comfortzone te kruipen. Ik zie dan de onwennigheid van een kind die het veilige geasfalteerde pad verlaat om tussen het gras of de struiken te neuzen. Een haakse realiteit in vergelijking met de talloze keren dat ik met groene vlekken en schrammen op mijn knieën thuis kwam, vol verhalen over mijn eigen buitenavonturen: een boer die achter me aan kwam toen ik me in zijn maïsveld verstopte, de vele hutten die ik bouwde met vriendjes, het verdwaalde egeltje dat ik meenam in een schoenendoos, de zwijnenfamilie die mijn pad kruiste, het kikkerdrilvissen uit de sloot. Ik deed als kind wat de mens in zich heeft, ontdekken door te scheppen en (on)bewust kapot te maken, maar bovenal, ik was aan het leren over mijn eigen plek en invloed in de natuur. Iets wat millenials leren met behulp van technologie en georganiseerde belevingen.

Je kunt een mening vormen over of dit goed of slecht is. Technologie is weliswaar een exponent van onze natuur, maar niet perse de beste vriend van dé natuur. Een ding is zeker, het stopzetten van verdere technologisering is uitgesloten. In welke vorm dan ook, de natuur gedijt bij het in stand houden van de menselijke beleving. Vakbroeders die de natuur een belevenis maken, doen er goed aan om te experimenteren met nieuwe online data en technologie om de mens en natuur dichter bij elkaar te brengen. Maar wel met het besef dat ongeacht welke ‘enhancement’ we toevoegen, er niets gaat boven de pure klank, het gevoel en geuren, van de echte rauwe natuur. Om de symbiose tussen mens en natuur in stand te houden zullen we vormen moeten programmeren waarbij technologie de natuur niet uitfiltert, maar betrekt en haar gang laat gaan. Zodat iedereen –zonder opsmuk- de natuurkracht beleeft en ons helpt om onze ‘menselijke, regulerende en efficiënte’ technische innovaties op relatieve waarde te schatten.

Featued Posts 
Recent Posts 
Find Me On
  • Facebook Long Shadow
  • Twitter Long Shadow
  • YouTube Long Shadow
  • Instagram Long Shadow
Other Favotite PR Blogs
Serach By Tags
bottom of page