Doen we het goede?
We doen veel dingen omdat we ze altijd zo deden of omdat waarden, richtlijnen, wetten of handboeken ons dat voorschrijven. Maar als we blijven doen wat we altijd deden, dan krijgen we …… De klimaatverandering en de gesloten klimaatakkoorden vragen om flinke veranderingen. Een klimaatneutrale en circulaire maatschappij en economie bereiken we immers alleen als we veel wat we gewoon zijn om te doen wezenlijk anders gaan aanpakken. Maar hoe doen we dat? En wie gaat ons de goede kant op wijzen? Een pleidooi voor dwarsdenkers.
Ruimte voor de Waal; Dijkverlegging Lent Nijmegen
Een mooi voorbeeld als je met een frisse blik problemen gaat oplossen. Dan kunnen er hele mooi dingen ontstaan.
Hoe kunnen we processen en ontwikkelingen die al decennialang en soms eeuwen zijn ingesleten van koers laten veranderen? Uit de natuurkunde weten we dat een massa in beweging niet vanzelf van richting verandert. Hier is een impuls voor nodig: een tegenkracht die botst en de massa een flinke duw de andere kant op geeft. Als je geen natuurkundige bent maar, bijvoorbeeld, een procesmanager, dan noemen we die flinke duw een interventie. In dit artikel wil ik een pleidooi houden voor dwarsdenkers: de herrieschoppers die een impuls geven richting het ‘goede doen’.
Een dwarsdenker botst, geeft discussie en soms zelfs ruzie. Een dwarsdenker wordt over het algemeen niet gewaardeerd maar aan de kant gezet. Maar op dit moment is de bijdrage van dwarsdenker cruciaal. Meer Nel de Jagers hebben we nu nodig. Niet om ruzie te maken maar om doordenken en analyseren te bevorderen. Dus waarom doen we het eigenlijk zo, kan het niet anders?
Deze vraag is vaak heel wezenlijk maar nu ook cruciaal als we onze maatschappij duurzaam willen maken. Laat ik mijn pleidooi voor meer dwarsdenkers om ‘het goede te doen’ richten op het beleidsveld waar ik verstand van heb: het waterbeheer.
Het waterbeheer is bij uitstek een domein dat is gestoeld op een eeuwenlange aanpak. We pompen, keren, verdelen water zoals we dat al vanaf de 15e eeuw doen. Weliswaar zijn onze middelen sterk verbeterd maar de essentie is hetzelfde. Ons waterbeheer heeft veel opgeleverd. Ons land is bewoonbaar en geschikt voor een goede economische ontwikkeling. We plukken de vruchten van eeuwenlange inzet voor het beheer van het water. Maar het is de vraag of deze aanpak ook in de toekomst even vruchtbaar zal blijken. Het klimaat verandert , het gaat harder regenen en er komen vaker lange perioden van droogte, zoals we de laatste jaren hebben ervaren. Het waterbeheer staat hierdoor voor flinke opgave en moet een aantal belangrijke strategische keuzes maken. De koers moet worden verlegd.
Bijvoorbeeld naar een andere balans tussen afvoeren en vasthouden. Naar een niet meer automatisch volgen van het waterpeil van de bodemdaling. En moeten we water niet meer de ruimte geven, bijvoorbeeld in stedelijk gebied? In plaats van water proberen te beheersen meebewegen met de natuurlijke loop? Voor een meer duurzaam waterbeheer gaat het niet alleen om grote strategische keuzen maar ook om verandering op de werkvloer, in de operationele werkprocessen. Kunnen we anders baggeren, ander aanbesteden, andere materialen gebruiken, minder materialen, enz.? Stel jezelf de vraag of het anders kan, wat “het goede doen” betekent in je dagelijks werk.
Dus bestuurders, beleidsmakers maar ook de deskundigen en specialisten: om de koers te verleggen, ga eens dwarsdenken. Daarbij kan je goed geholpen worden door dwarsdenkers, zoals Nel de Jager, die daar goed in zijn. Stoot ze niet af maar haal ze erbij.
Laat ik een voorbeeld nemen uit mijn eigen praktijk, dijkversterkingsprojecten. Deze projecten doorlopen grotendeels dezelfde stappen en volgen technische handreikingen en richtlijnen voor berekeningen. Waterveiligheid staat daarbij op eenzame hoogte boven aan de prioriteitenladder.
Terecht, maar dit neemt niet weg dat alles wat de rekenmeesters en specialisten presenteren klakkeloos moet worden aangenomen. Juist hier komt de dwarsdenker tot zijn recht. In de praktijk van een dijkversterkingsproject is bewezen dat een dwarsdenker, in de vorm van een duurzaamheidadviseur of integrator, alle betrokkenen heel scherp kan houden. Dan blijkt dat binnen de marges van waterveiligheid nog heel veel keuzes te maken zijn. Dijkversterkingen kunnen naar mijn stellige overtuiging dan veel duurzamer, soberder en doelmatiger worden uitgevoerd.
‘Kan dit niet anders, kan dit minder, kunnen we ook dat doen, of dit?’ Zie de vragen van de dwarsdenker niet als dwarszitten en de start van een felle discussie maar als een uitnodiging voor een gezamenlijk analyse en zoektocht naar het ‘goede doen’.